
Acteur Bas Keijzer speelt in het het afsluitende deel van East Side Story in de Molukse wijk in Bovensmilde de rol van Melle, de verbindende eigenaar van een snackkar.
Journalist en schrijfster Sylvia Pessireron schreef het script van het derde deel van de ‘East Side Story’ dat van 31 mei tot en met 12 juni middenin de Molukse wijk in Bovensmilde wordt opgevoerd. “Het is belangrijk dat wijzelf over onze geschiedenis vertellen.”
Door: Joost Tanasale
Waar gaat het verhaal in Bovensmilde over?
“Het is een variant op de West Side Story, alleen gaat het niet om twee mensen met verschillende achtergronden, maar juist over een man en vrouw die allebei Moluks zijn. Het speelt zich af in 1970, een periode waarin het erg onrustig is binnen de Molukse gemeenschap, met veel verschillende groeperingen. Dat probeer ik te laten zien, zonder het te zwaar te maken. Naast de tragische kant, is ook onze veerkracht en humor te zien. Dat heb ik zelf vroeger geweldig op prijs gesteld. Het geeft een goed beeld van die tijd. Bitterzoet zou je het kunnen noemen.”
Waar zit het grootste verschil tussen het schrijven van een boek en een script voor een theatervoorstelling?
“Dat verschil is enorm! In een boek kun je over de omgeving uitwijden, maar voor dit stuk ben ik alleen met dialogen bezig die op elkaar moeten aansluiten. Zo wordt het verhaal verteld. Omschrijvingen van een gezicht of een humeur kan niet. Bij theater moet je het laten zien en laten horen.”
Een prominente plek is weggelegd voor een snackkar. Hoe zit dat?
“Ik ben heel blij met de figuur Melle, de eigenaar van een snackkar. Hij ziet veel Molukkers en geeft ook om ze. Hij vocht zelf met Molukkers in de dekolonisatieoorlog en heeft daarom bewondering voor ze. Er zit een groot verschil tussen enerzijds iemand die de koloniale oorlog heeft meegemaakt, precies weet wat Nederlands-Indië was en de naweeën heeft meegekregen, en anderzijds jonge Nederlanders die er niks van weten. Die tegenstelling wilde ik tonen, zonder dat het al te gewichtig is. Melle is daarin een verbindende schakel.”
Wat hoop je dat bezoekers na de voorstelling bijblijft?
“Het is belangrijk om te weten welke omstandigheden uiteindelijk tot de acties in de jaren zeventig hebben geleid. Die woede was er al in de jaren ervoor, vooral bij jongeren. In 1970 kwam dat tot uiting met de bezetting van de Indonesische ambassade in Wassenaar. Het gaat over mijn generatie die boos was, door het onrecht dat onze ouders is aangedaan.”
Waarom is het belangrijk dat deze verhalen verteld blijven?
“Binnen de Nederlandse gemeenschap kent vooral de oudere generatie de geschiedenis van Molukkers vanaf de Japanse bezetting. Maar inmiddels is er een nieuwe generatie die ons verhaal nauwelijks kent. Hoe vaak denken mensen niet dat ik Marokkaans ben? Daarom is het vooral belangrijk dat wijzelf over onze geschiedenis vertellen, in plaats van dat Nederlanders dat doen. Wij hebben het meegemaakt of hebben het via onze familieleden meegekregen. Van wat over ons wordt geschreven, klopt vaak de helft niet. Wat weten mensen van de koffers die gesloten bleven? Of van de heimwee naar kinderen die achter moesten blijven? Nee, de eerste generatie kwam hier niet uit vrije wil. Daarom moeten ook nieuwe generaties Molukkers hierover blijven vertellen.”
Acteur Bas Keijzer speelt in het het afsluitende deel van East Side Story in de Molukse wijk in Bovensmilde de rol van Melle, de verbindende eigenaar van een snackkar.
Albert Secuur is regisseur van de culturele herbeleving van kamp Schattenberg, dat het eerste deel vormt van de avondvullende voorstelling East Side Story.
Afgelopen maandag 15 mei vond de opening plaats van de culturele herbouw van Kamp Schattenberg.